Zinnen
Where are you from? = Waar kom je vandaan?
I am from England. = Ik kom uit Engeland.
I am English. = Ik ben Engels.
Where is he from? = Waar komt hij vandaan?
Where is she from? = Waar komt zij vandaan?
He is from Turkey. = Hij komt uit Turkije.
She is from Turkey. = Zij komt uit Turkije.
He is Turkish. = Hij is Turks.
She is Turkish. = Zij is Turks.
Where are they from? = Waar komen zij vandaan?
They are from Poland. = Zij komen uit Polen.
They are Polish. = Zij zijn Pools.
Where are you from? = Waar komen jullie vandaan?
We are from the Netherlands. = Wij komen uit Nederland.
We are Dutch. = Wij zijn Nederlands.
What is your name? = Hoe heet je?
How are you? = Hoe gaat het met je?
I'm fine. How are you? = Met mij gaat het goed. Hoe gaat het met jou?
How old are you? = Hoe oud ben jij?
Where do you live? = Waar woon je?
My name is Bas. = Ik heeft Bas.
I am 10 years old. = Ik ben 10 jaar.
I live in Heerenveen. = Ik woon in Heerenveen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb